Zinloos geweld
Laatst op een avond fietste ik over de Minervalaan. Een meter of honderd voor mij fietsten een paar jongens in trainingspak. Aan hun postuur te zien waren ze een jaar of twaalf oud. Bij de achterste jongen zat iemand achterop met een hockeystick waarmee hij op geparkeerde auto's begon in te slaan.
Gezien hun geringe afmetingen durfde ik te schreeuwen dat ze op moesten houden en zette ik de achtervolging in. Ze fietsten hard weg. Op het verkeer letten deden ze niet, de achterste fiets kwam bijna onder een auto. Vandaar dat ik, ondanks mijn behoefte aan een heldendaad, wat voorzichtiger deed met oversteken. Ze verdwenen ergens in de Rubensstraat.
Zinloos geweld tegen geparkeerde auto's in Amsterdam-Zuid; ik had minstens een Stille tocht verwacht. Maar zelfs de bloemenhulde bleef uit. De blanke jongetjes zonder leerachterstand of taalproblemen zullen nooit gepakt worden. Nooit zal een onderzoekster beweren dat er wat betreft hockeyjongetjes in Zuid sprake is van een self-fulfilling prophecy. Dat die jongetjes denken: je denkt dat ik een verwend, baldadig product van mijn ouders ben, nou dan ben ik dat ook.' Nooit zal minister Donner voorstellen om jongetjes uit Zuid anders te straffen dan jongetjes uit West. Want hockeyballlen uit de Rubensstraat maken zich, net als hun ouders, niet druk om een geldboete of een vermaning.
Vanwege hun afkomst zullen deze aspirant-klootzakken nooit worden vereerd met een serie in Het Parool. Vandaar dat ik ze hierbij toch even in het zonnetje zet.
Bron: Raoul Heertje, Parool.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Wat je vind moet je teruggeven: